attesa angosciosa in angstig wachten

attesa ansiosa [vol spanning]/[popelend] afwachten

attesa breve/lunga korte/lange wachttijd

attesa febbrile koortsachtig wachten

attesa fervida vurig wachten

attesa interminabile [attesa senza fine, che dura troppo] eindeloze wachttijd

attesa messianica [attesa che promette di salvare, migliorare le sorti di q.no o q.sa] het wachten op de Messias//heilsverwachtig (FIG.)

attesa penosa pijnlijk wachten

attesa sfibrante slopend wachten

attesa silenziosa stil/zwijgend wachten

attesa smaniosa ongeduldig/popelend wachten

attesa snervante [attesa lunga e stancante] zenuwslopend wachten

attesa spossante uitputtend wachten

attesa stancante vermoeiend wachten

attesa tormentosa kwellend wachten

attesa trepidante ongerust wachten

(FIG.) essere in (dolce) attesa (di un figlio) [essere in gravidanza, aspettare un bambino] in (blijde) verwachting zijn

essere in attesa [aspettare] wachten op//afwachten

sono in attesa di una sua risposta ik wacht op antwoord van hem

il preoccupante attesa het verontrustend wachten

in attesa della Sua risposta ... in afwachting van Uw antwoord ...

in attesa di [aspettando] in afwachting van

in attesa di un cenno di risposta in afwachting van uw reactie

in/nell'attesa che [aspettando che...] totdat ...

in attesa che smettesse di piovere, siamo andati al bar terwijl we wachtten tot de regen ophield, zijn we naar de café gegaan
nell'attesa che arrivi il medico, accomodatevi qui gaat jullie hier maar zitten, [totdat de dokter er is]/[om op de dokter te wachten]

(FIG.) ingannare l'attesa [far trascorrere il tempo facendo q.sa] de tijd doden

l'attesa del piacere de voorpret

l'attesa dura het wachten gaat door

l'attesa fiduciosa het vol vertrouw wachten

l'attesa logorante het slopend wacht

l'attesa ripagata het wacht waard

l'attesa si prolunga het wachten duurt voort

l'attesa si protrae het wachten houdt aan

l'attesa spasmodica [attesa angosciosa, febbrile] het kwellende wachten

l'attesa stremante het uitputtend wachten

lasciare in/mettere in attesa [durante una conversazione telefonica, far attendere in linea] in de wacht zetten

(AER.) lista di attesa [elenco di persone che aspettano di imbarcarsi, di trovare un posto in aereo o di essere ricevute] wachtlijst

(FIG.) macerarsi nell'attesa di notizie [torturarsi nell'attesa di notizie] zich opvreten in afwachting van berichten

nell' attesa [aspettando, durante il tempo che si aspetta] in de tussentijd//intussen

paziente attesa [attendere con pazienza] het geduldig afwachten

prolungare l'attesa [blijven]/[nog langer] wachten

restare in/rimanere in attesa [durante una conversazione telefonica, restare in linea, in ascolto] in de wacht staan

ridurre l'attesa het wachten verkorten

sala d' attesa [nelle stazioni ferroviarie o negli aeroporti, luogo per attendere; anche negli studi privati di professionisti (avvocati, medici ecc.)] wachtkamer

starsene in silenziosa attesa in stille afwachting zijn

tempo di attesa wachttijd

un'attesa dilatata een uitgelopen wachttijd

un'attesa esasperante [attesa insopportabile] een zenuwslopend wachten

un'attesa estenuante een zenuwslopend wachten

un'attesa eterna een eeuwig wachten

un'attesa infinita een oneindig (lang)wachten

un'attesa insopportabile een onverdraaglijk wachten

un'attesa noiosa een vervelend wachten

un'attesa prolungata een voortdurend wachten

un'impaziente attesa een ongeduldig wachten

un'inutile attesa een vergeefs/nutteloos wachten

una febbrile attesa een koortsachtig wachten

una legittima attesa [attesa giustificata, fondata] een gerechtvaardigd wachten

una lunga attesa een lange tijd wachten

dopo una lunga attesa venne il nostro turno na lang wachten was het onze beurt

una perenne attesa een eeuwig wachten

una vana attesa [inutile attesa] een vergeefs wachten

viva attesa in spanning wachten