attività a pagamento betaald werk

(SPORT) attività agonistica wedstrijdsport

(AGR.) attività agricola landbouwactiviteit

(SPORT) attività calcistica voetbalactiviteit

attività collaterale nevenactiviteit

attività commerciale activiteit op commercieel gebied//handelsactiviteit

attività convulsa koortsachtige/hectische activiteit

attività criminale criminele activiteit

attività criminosa misdadige praktijken

attività culturale culturele activiteit

(INS.) attività didattica didactische activiteit//onderwijsactiviteit

(ECON.) attività economica economische activiteit

(ECON.) attività economica marginale bijkomstige economische activiteit

(EDIT.) attività editoriale uitgeversactiviteit

attività febbrile koortsachtige activiteit

(ECON.) attività fiorente [un'attività che produce, che va bene] een bloeiende activiteit

attività fisica [attività del corpo che se praticata regolarmente può contribuire in maniera essenziale a irrobustire il proprio corpo] lichamelijke activiteit

(EQUIT.) attività ippica activiteit met paarden

attività lucrativa lucratieve bezigheid

attività manuali handwerkzaamheden

attività marginale bijkomstige activiteit

(ECON.) attività non salariate werkzaamheden, anders dan in loondienst//[niet in]/[anders dan in] loondienst verrichte werkzaamheden

attività part-time parttime werkzaamheden

(DIR.) attività pretorile [attività del pretore] activiteiten van de kantonrechters

(AGR.) (ECON.) attività primaria agrarische arbeid//primaire arbeid/activiteit//landbouw

attività produttiva productieve arbeid

attività proficua nuttige bezigheid

attività pubblicitaria publicitaire activiteit

attività ricreative vrijetijdsactiviteiten//recreatie//recreatieve activiteiten

attività saltuaria onregelmatig/tijdelijk werk

(SCULT.) attività scultoria beeldhouwwerkzaamheid

(ECON.) attività secondaria [l'industria] economie

attività sovversiva subversieve activiteit

attività spionistica [di chi fa la spia di professione] spionageactiviteit

(SPORT) attività sportiva [pratica di uno sport] sportactiviteit

(ECON.) attività terziaria [il commercio] handel

esplicare un'attività een activiteit uitvoeren

essere in attività werkzaam zijn

(SPORT) fare attività sportiva sport beoefenen

i proventi di un'attività het rendement van een activiteit

il calendario delle attività het activiteitenprogramma

praticare un'attività (fisica, sportiva) [fare un'attività] een activiteit beoefenen

prestare attività lavorativa aan het arbeidsproces deelnemen

riprendere l'attività weer aan het werk gaan

riprendere le attività activiteiten weer oppakken

ripresa dell' attività hervatting van het werk

(ECON.) ritirarsi da un'attività commerciale zich uit een handelsactiviteit terugtrekken

sospendere un'attività een activiteit stilleggen/staken

svolgere un'attività een activiteit/werk verrichten//een baan hebben