Aggiungi una traduzione

Aggiungere un esempio

Aggiungi una fraseologia

accelerare [ac-ce-le-rà-re]

aumentare la velocità, procedere a una velocità maggiore

accelerare [ac-ce-le-rà-re]

V IN AV

aumentare la velocità, procedere a una velocità maggiore

Esempi

al semaforo ha accelerato bij het verkeerslicht ging hij harder rijden
siamo in ritardo, accelera! we zijn te laat, rij 's wat harder!

Fraseologie

accelerare con costanza gelijkmatig versnellen

accelerare con decisione [pigiare decisi sull'acceleratore per aumentare la velocità] vastberaden sneller gaan rijden

accelerare con determinazione vastbesloten harder gaan rijden

accelerare gradualmente geleidelijk harder gaan rijden

accelerare lentamente langzaam harder gaan rijden

accelerare progressivamente steeds harder gaan rijden

accelerare rapidamente snel harder gaan rijden

(ANAT.) il battito cardiaco/ritmo del cuore accelera de hartslag wordt hoger//het hart gaat sneller kloppen

(AER.) (FERR.) l'aereo/il treno accelera het vliegtuig/de trein verhoogt zijn snelheid

(SPORT) l'atleta accelera de atleet versnelt zijn tempo

(AUTO.) l'autista accelera de automobilist [geeft gas]/[gaat harder rijden]

(AUTO.) l'auto accelera de auto [gaat harder rijden]/[gaat sneller]